zondag 7 juli 2019

Angstige dagen voor ouders

Als ouder van een kuiken (je bent zelf dan een vogel) doorsta je heel wat angsten voordat jouw kroost op zijn eigen poten kan staan / uitgevlogen is. En als vogelkijker leef je met ze mee. Hoewel dat ook weer wat dubbel is, die kuikens worden ook vaak gegeten door andere vogels, die zelf ook maar weer honger hebben of voor hun nageslacht willen zorgen. De natuur is vooral nogal cynisch; als je als soort niet zo goed bent in het verdedigen van jouw broedsel, dan moet je maar zorgen dat je met veel begint. Dan worden er een paar misschien later toch zelf papa en mama. Moedereenden beginnen niet voor niets met zo'n sliert kuikens.

Hoe dan ook, ik ben altijd weer blij als een kuiken de eerste fase van zijn leven veilig doorkomt. Zo sprak ik in mijn vorige blogpost mijn zorgen uit over de scholeksters op het sedumdak. Maar het lijkt er op dat dit jong het gered heeft.
Volwassen scholekster met jong op de voorgrond
Ik zag een groepje van drie scholekster in de grond peuteren, waarvan eentje duidelijk een uitgegroeid jong is. Je kan het jong herkennen aan zijn wat grijzere verendek, zijn bleek-oranje snavel met zwarte punt en het nog ontbreken van de rode ring rond het oog. Hoewel ik natuurlijk niet zeker weet dat het om dezelfde scholeksters gaat als van de vorige keer, zou het heel goed kunnen. Zoveel paartjes heb je hier niet. Het mooie van scholeksters is dat ze erg oud kunnen worden, zoals ik al eens eerder beschreven heb. Dus als een paartje een paar jaar een enkel jong weet groot te brengen, is dat voor de soort al goed nieuws.

Soms gaat het ook mis. Ik zag een gewone ekster bij de oeverzwaluwwand ineens even voor een nest hangen en toen boven de wand wat oppeuzelen. Ik heb niet kunnen zien wat deze nazaat van de dino's te pakken had, maar erg veel fantasie is er niet voor nodig.
Knabbelende ekster
Blijkbaar waren de oeverzwaluwen aan het uitvliegen, want er hing daar ook al een blauwe reiger rond.

Ekster is trouwens een naam die op allerlei niet verwante vogels geplakt wordt. Noch de klapekster, of de scholekster zijn verwant aan de gewone ekster, of aan elkaar. 

Ik heb de indruk dat je als nijlgans wel een goede kans maakt jouw jeugd te overleven. Papa en mama zijn behoorlijk fel. Iets kleiners dan een vos of zo zal er niet snel aan beginnen.
Familie nijlgans poserend tussen de bloemetjes
In het kader van de familieberichten, ik wist al dat er een steenuiltjes in ons park een paar waren, maar nu heb ik ook twee samen gezien. En gefotografeerd, zij het niet erg duidelijk.
Paartje (?) steenuil
Ik zag pas thuis dat er twee uiltjes op de foto staan. Ik kom niet te dichtbij, en ze hebben een goede schutkleur. Ik weet niet zeker of dit vader en moeder zijn of ouder en jong. Maar hoe dan ook aardig.

Het is geen groot nieuws, maar ik ben altijd blij als ik een (ring)mus tegenkom. Mussen zie je om de een of andere reden niet zoveel hier in Meerrijk. En hoewel ze het niet zo goed schijnen te doen, zijn mussen nog altijd zeer algemeen.

Ringmus
Hoe dan ook, ik heb een zwak voor deze pittige brutale vogeltjes.

En dan nog een kijktip, zeker op warme dagen krijgen ook gierzwaluwen dorst. Om te drinken vliegen ze dan laag over het water van en plas en scheppen ze een water op. Dat kan je ze zien doen bij de oeverzwaluwwand. Normaal gesproken zie je ze vooral hoog in de lucht, maar zo kan je ze wat dichterbij zien.
Een gierzwaluw die een slokje gaat drinken
En omdat een zwaluw geen lente of zomer maakt, en om te vergelijken, hier nog wat oeverzwaluwtjes.
Oeverzwaluwtjes in de vlucht

Dat was het weer, tot een volgende keer.