zondag 17 mei 2020

Jong leven en oude bekenden

De laatste tijd is het tempo een beetje uit mijn postjes. Ik ben er voor mezelf niet precies achter waar dat aan ligt. Een van de rare effecten van deze tijd is, dat iedereen schijnt te denken dat je nu overal tijd voor hebt, terwijl ik dat helemaal niet zo voel. Ik heb vooral het idee dat ik alles wat ik vroeger min of meer spelenderwijs of ingepast in een soort routine deed, ik nu vooral op zelfdiscipline doe. En tegen de tijd dat ik dat dan allemaal tot een min-of-meer goed einde gebracht heb, ik alleen nog maar een beetje wil suffen.
Daar komt bij dat het park de laatste tijd ook veel drukker met mensen is, en dat is niet bevorderlijk voor het vogelkijken. Ik ga daar voor de rest niet over zeuren; het park is ooit aangelegd voor mensen en ik vind het juist leuk dat de natuur gebruik maakt van wat er toevallig is. Het gaat mij dus juist niet zo erg om de aangelegde natuur maar om het opportunistisch gebruik, van in dit geval vogels, van wat wij voor onszelf bedenken.

Vanuit die logica zou ik dan ook niet moeten rapporteren over de zwaluwtjes bij de oeverzwaluwwand, want die is natuurlijk puur aangelegd. Deze keer doe ik dat ook niet, maar dat heeft meer te maken met dat ik geen aardige foto daarvan in de aanbieding heb. Voor de rest gaan de beheerders van het park ook vrolijk door met het aanleggen van vogelvoorzieningen.
Woonvoorziening voor huiszwaluwen
Zo kon ik de vorige keer melden dat er vogelhuisjes voor koolmezen waren geplaatst, waarschijnlijk in de hoop dat die veel eikenprocessierupsen zouden eten. Deze keer dus een huiszwaluwpaal. Nu nestelen huiszwaluwen traditioneel graag in de open ruimten onder de dakpannen. In een vinexwijk als Meerhoven, met al zijn goed geïsoleerde woningen, heb je die natuurlijk niet of veel minder. Dus is dit een soort natuurcompensatie voor moderne bouwmethoden. Ik ben er zeker niet op tegen, maar op een bepaalde manier hoop ik toch dat er iets heel anders gaat wonen. Ik houd van eigenwijze natuur.

Goed, verder met al het jonge gebroed. Eerst maar het broeden zelf.
Broedende fuut op zijn/haar nest
Het zal wel een tweede poging/broedsel zijn want de eerste generatie fuutjes van dit jaar zijn al lang uit het ei. Ondertussen heeft deze broedpoging ook alweer twee jongen opgeleverd. Maar toen ik de ouder met jongen op haar/zijn rug zag, had ik helaas geen camera bij mij.

Jonge eendjes met moeder
Ieder jaar zijn ze er weer, maar ze moeten toch ook af en toe vermeld worden. Het is eigenlijk het meest gewone voorjaarsbeeld, maar daarom misschien ook wel een soort icoon.
 
Dit zijn kuikens van de meerkoet
Als je ze zo zonder ouder ziet, zou je gaan twijfelen. Maar over een paar maanden zijn dit toch echt zwart-witte meerkoeten.
 
Nijlganskuikens
De kuikens van een Nijlgans passen veel beter bij hun ouders. En als je ze zo donzig ziet, zou je ze willen aaien. Dat is overigen geen goed idee, want ze hebben pittige ouders die daar niet zomaar akkoord mee zullen gaan.
 
Scholekster met 2 (!) jongen
De kuikens van een scholekster vallen prachtig weg op het sedumdak. En zo worden ook met hand en tand verdedigd door hun ouders. Ik zou ook niet graag gepikt worden door de snavel van zo'n scholekster want die is best stevig.
 
Sternen zijn ook zeer felle verdedigers van hun broedsel. Ga nooit richting het nest van een stern zonder hoedje op, want je wordt gepikt tot bloedens toe.
Een visdiefje met vis
 Visdiefjes zijn een soort stern. Volgens mij broeden ze heel ergens anders, maar ik vind het al leuk als ik ze weer eens in ons park zie, want ze horen niet echt tot de vaste bewoners.

Puttertje
En tot slot een ander vogeltjes waar ik altijd blij van word. Puttertjes blijven prachtige vogeltjes.

Tot een volgende keer!